door Ester
•
11 nov, 2019
Ik ben gek op beestjes, het ontspant me om voor hen te zorgen en tegen hen te kletsen. De buren vragen zich al jaren af of ik wel helemaal in orde ben, want ik voer hele monologen op voor onze kippen en konijnen. Dieren zijn voor mij een enorme hulpbron en werken bijna net zo goed als coaching ;-) Dit is Bobbi, onze plofkip, vernoemd naar… inderdaad sexy lady Bobbi Eden vanwege de enorme gelijkenis in kapsel. Vorige week werd onze Bobbi ineens heel ziek, ze kon niet meer op haar poten staan en zag er belabberd uit. Ze heeft al heel wat meegemaakt in haar tweejarige leventje bij ons. Drie hanen heeft ze overleefd, een traumatisch afscheid van konijn Knabbel, achtervolgingen door enthousiaste neefjes en nichtjes… Maar tussen haar konijnenvriendjes Babbel en Bibi kakelde Bobbi altijd gezellig terug tegen me. Tot begin vorige week… What doesn’t kill you… Van huis uit heb ik geleerd dat je niet bij het eerste piepje of kraakje naar de dokter rent. Het meeste gaat vanzelf over, dus afwachten en vertrouwen op het herstellend vermogen van het lichaam is wat wij in eerste instantie (best lang) doen. En als het om dieren gaat, heerst er nog zo’n systemische overtuiging: het is en blijft een dier, dus een interventie moet wel reëel (lees: niet te duur en liefst met garantie op succes) zijn. Ik besloot daarom een paar dagen af te wachten, misschien had Bobbi wel gewoon een klein griepje te pakken. Helaas knapte ons kipje niet op. Donderdagavond gingen we allemaal wat verdrietig naar bed met de gedachte dat ze de ochtend waarschijnlijk niet zou halen. Ze woog nog maar 300 gram en maakte een stervende indruk. Ontroostbaar De volgende ochtend vlogen de kinderen nog voor het ontbijt naar buiten om te kijken hoe het met Bobbi was. Moedig, vond ik, want het zou zo maar kunnen zijn dat ze daar een koud hoopje veren zouden aantreffen. Maar Bobbi bleek een taaie kip en zat nog steeds te wiebelen op haar stok. Ik besloot dat ik het beestje niet langer wilde laten lijden en bereidde de kids voor mijn bezoekje aan de dierenarts. De oudsten vonden het jammer maar ook het beste voor Bobbi. De jongste was ontroostbaar terwijl ik de kip in een reismandje in de auto zette. Haar juf en haar vriendinnen zouden vandaag extra lief voor haar zijn om dit grote verdriet te verzachten… Zes nieuwe kippen? Met Bobbi op de bijrijdersstoel reed ik naar dierenkliniek de Delta in Maasland. Tegen beter weten in had ik een beetje mest meegenomen, mocht de dierenarts daarom vragen, maar ik ging er vanuit dat ik met lege handen thuis zou komen. Zo’n beestje hoeft niet te lijden omdat wij mensen geen afscheid kunnen nemen, het blijft toch en is maar een beest, voor €10 koop je een nieuwe, frisse kip, ze heeft het geweldig gehad bij ons… Mantra’s in mijn hoofd waarmee ik stoer en nuchter naar binnen stapte. Lang verhaal kort: na een liefdevol onderzoek (inclusief mestanalyse) en een reële prognose (ze is wel heel erg zwak, ik geef haar weinig kans) stond ik weer buiten met medicijnen en dwangvoeding. Van de sterke ‘ik-regel-het-wel-moeder’ was met een stap over de drempel van de spreekkamer niets meer over dus de dierenarts kon niet anders dan een behandelplan opstellen en een factuur uitschrijven ter waarde van 6 nieuwe kippen. Met een diepe zucht verliet ik het pand met Bobbi in haar mandje, de redder in mij was trots op me! Ik ging er alles aan doen om deze kip te redden en als’ie dan toch dood zou gaan, scheelde dat (hopelijk) een beetje schuldpijn. Veni, vidi, vici! Inmiddels zijn we drie dagen verder en ik durf nog niet te hard te juichen maar er lijkt zich toch een wonder te voltrekken in huize Zwinkels. Na drie dagen van medicatie en intensief voeren, ging Bobbi staan en keek ze ons met haar kleine kraaloogjes aan met een blik van: Zo, hè hè, ik ben er weer! Ze is bijna 100 gram aangekomen (een derde van haar startgewicht) en laat zich lekker verwennen door alle aandacht van iedereen. Ze geniet van haar warme plekje in huis in plaats van in het koude kippenhok. En ik…? Ik geniet mee. Van het herstel, het vertrouwen op mezelf en van de overwinning tegen alle overtuigingen in. Veni, vidi, vici: Zij kwam, zag en overwon!